De Maas kan en moet schoner. Met dat doel hebben de waterschappen en drinkwaterbedrijven langs de Maas samen met STOWA en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu een samenwerkingsovereenkomst getekend.
Zij onderzoeken een nieuwe zuiveringstechnologie om geneesmiddelenresten en andere microverontreinigingen uit het stedelijke afvalwater te halen. Zij brengen bovendien in beeld welke positieve gevolgen het toepassen van extra zuivering heeft voor natuur, recreatie en de betrouwbaarheid van de Maas als bron voor de drinkwaterproductie.
In het Maasstroomgebied komen geneesmiddelenresten en andere microverontreinigingen in het oppervlaktewater voor. Deze komen voor een groot deel via Nederlandse afvalwaterzuiveringsinstallaties in het Maaswater terecht. Een verlaging van deze stoffen in het watermilieu is gewenst. Een keten- en bronaanpak heeft de voorkeur, waarbij in de hele keten (van productie, gebruik en emissie) maatregelen worden genomen en voorkomen wordt dat deze stoffen in het afvalwater terecht komen. Het project Schone Maaswaterketen onderzoekt hoe deze stoffen met aanvullende zuivering uit het afvalwater verwijderd kunnen worden.
Met name in Zwitserland en Duitsland is veel onderzoek verricht naar verwijdering van geneesmiddelenresten en andere microverontreinigingen uit afvalwater. Dit is in bijna alle gevallen gebaseerd op een extra zuiveringsstap met behulp van actieve kool en/of ozon. In het project Schone Maaswaterketen wordt een andere en innovatieve mogelijkheid onderzocht om de concentraties van microverontreinigingen in het afvalwater te verlagen: de dosering van poederkool in het bestaande zuiveringsproces (PACAS: powdered activated carbon in activated sludge). Verkennende onderzoeken wijzen uit dat de verwijdering hoog en de kosten relatief laag kunnen zijn. De technologie vraagt bovendien geringe investeringen, waardoor bij het beschikbaar komen van betere alternatieven of bij het effectief implementeren van een brongerichte aanpak, snelle omschakeling mogelijk is. Parallel aan het technologisch onderzoek wordt met een Maaswaterkwaliteitsmodel bepaald wat de baten van aanvullende zuivering zijn voor de ecologische waterkwaliteit en voor het waterbeheer, de drinkwaterproductie en de industrie.
Uniek is dat álle waterschappen en drinkwaterbedrijven in het Nederlandse Maasstroomgebied de handen ineenslaan om dit project tot een succes te maken. De dertien projectpartners zijn de waterschappen Aa en Maas, Brabantse Delta, Delfland, De Dommel en Rivierenland, Waterschapsbedrijf Limburg als uitvoeringsorganisatie van de waterschappen Peel en Maasvallei en Roer en Overmaas, de drinkwaterbedrijven Brabant Water, Dunea, Evides en WML, Watercyclusbedrijf Waternet, STOWA en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. RIWA-Maas heeft een adviserende rol.
Mirabella Mulder is betrokken bij de Schone MaasWaterKeten als projectleider van werkpakket B techniek (praktijkonderzoek PACAS) en als coördinator verwijdering microverontreinigingen uit afvalwater vanuit STOWA.
Na de inspirerende en succesvolle bijeenkomst op Slot Loevestijn op 4 april, hebben de partners van de Schone MaasWaterKeten unaniem uitgesproken om te willen doorgaan met deze uniek vorm van samenwerking. Mirabella Mulder heeft hierbij ondersteund in het opstellen van het uitvoeringsprogramma 2020-2022 op het gebied van de koppeling van techniek, technologie en ecologie.